Na verschillende jaren 'doom and gloom' in de helikopterbusiness die zich gespecialiseerd heeft in de olie- en gaswinning, zijn er de eerste tekenen dat het bodemniveau bereikt is. Sommige helikopteroperatoren rapporteren een begin van herstel gebaseerd op een lichte stijging van het aantal vlieguren.
Het ineenstorten van de olieprijs in 2014 leidde tot een van de ergste crisissen ooit met een zware impact voor de grote helikopteroperatoren. Deze waren verplicht tot grote herstructureringen en moesten hun bestellingen voor nieuwe helikopters bij de fabrikanten bevriezen of afzeggen. Airbus, Bell, Leonardo en Sikorsky moesten op hun buert hun organisaties aanpassen aan de verminderde vraag uit het rijkste en belangrijkste segment van het helikoptertransport. Tientallen helikopters werden op non-actief geplaatst en staan ook vandaag nog werkloos en mooi ingepakt in speciale loodsen voor bewaring.
Het eerste goede nieuws is nu te lezen in de kwartaalrapporten van de grote operatoren. Bristow, een grote speler in de offshore helikoptertransporten, zag zijn aantal vlieguren voor het eerst in drie jaar weer stijgen. Haar jaarrapport over de periode April 2017 tot eind Maart 2018 toont een groei met 13.000 vlieguren tot een totaal van 165.000 vlieguren.
Ook CHC, die als marktleider het zeer zwaar te verduren kreeg en moest herstructureren vanuit een Chapter 11 situatie, ziet positieve signalen die wijzen op een herstel. NHV vertraagde ook de ingebruikstelling van de 16 bestelde H175 helikopters maar kon intussen ook weer aanknopen met nieuwe contracten. NHV opereert nu met 15 helikopters in de Noordzee.
Helikopterbouwer Sikorsky die met haar type S-92 een belangrijke helikopter heeft in het olie-en gassegment beaamt de positieve evolutie.
Alhoewel Airbus Helicopters ook beperkte positieve aspecten ervaart, blijft het een belangrijke overcapaciteit zien bij operatoren en lease-maatschappijen die helikopterfabrikanten verplicht hun productie aan te passen. Airbus zit natuurlijk ook verveeld met de gevolgen van de crash met de H225 in Noorwegen waarbij 13 doden vielen en die leidde tot de grounding van de H225 helikopters. Er staan nog steeds teveel H225 helikopters netjes ingepakt in bewaarplaatsen, wachtend op betere tijden.
De moeilijke situatie in de olie- en gasindustrie kan ook lichtjes gecompenseerd worden door de groei van het aantal windturbines op zee. Windturbines hebben verschillende malen per jaar nood aan helikoptertransporten voor de onderhoudstechnici maar dat staat niet in verhouding tot de permanente bewoning van de olie- en gasplatformen waar dagelijkse helikoptertransporten nodig zijn.
De stijging van de olieprijzen zal wellicht de lichte verbetering in deze sector blijven ondersteunen maar een terugkeer naar de grote groeiperiodes toen een vat olie meer dan 100$ kostte zien we niet snel meer gebeuren. Gelukkig hebben de helikopteroperatoren zich intussen aangepast aan deze nieuwe realiteit.